Ingrid Coster (59), looptrainer van de senioren-recreatie/prestatiegroep en trainer van de woensdagochtend-Flevopark-vrouwengroep
door Monique Admiraal
De locatie is ook ditmaal de AV’23 kantine. We hebben een goed gesprek onder het genot van een cola en een kopje thee en zijn net op tijd klaar voordat de kantine gaat sluiten. Samen met Gerard zijn wij vanavond de laatsten die de vereniging verlaten.
Hoe lang ben je al trainer?
“Ik ben meer dan tien jaar trainer en ben als invaller bij de trainingen van Bas Adams begonnen. In die tijd werd ook ‘Be interactive’ opgezet en werd ik door Els Raap gevraagd als trainer voor een groep buitenlandse vrouwen in het Flevopark. Sinds ongeveer vijf jaar is deze hardloopgroep opgenomen als trainingsgroep bij AV’23 en ging ik samen met Tjitske Kooistra de trainingen geven. Zij vroeg mij om bij AV’23 de recreantenloopgroep samen met haar te gaan trainen, en dat doe ik nu een aantal jaar.”
Wat motiveert je als trainer?
“Ik vind het leuk om hardlooptraining te geven, omdat ik zelf erg van hardlopen houd. Daarmee kan ik andere mensen enthousiasmeren. Theo had het zo mooi omschreven; het is leuk om mensen te helpen een betere atleet te worden. Ik vind het wel fijn als de mensen de training ook serieus benaderen. Dat geldt vooral voor de AV’23 loopgroep, gedrevenheid is een prettig aspect. Bij de Flevoparkgroep gaat het vooral om het gezond en gezellig bezig zijn met elkaar. Ja, ik heb weleens geen zin, bijvoorbeeld als het slecht weer is. Dan is het goed dat je móet gaan als trainer, want als je eenmaal bezig bent, is het ook weer leuk.”
Wat is je eigen beste onderdeel?
“De 1500 meter is mijn favoriete afstand op de baan, mijn favoriete lange afstand is de 10 km, en natuurlijk de cross, die is gewoon hartstikke leuk. ”
Ingrid heeft maar liefst 24(!) clubrecords op haar naam staan voor de loopnummers; afstanden van 800 meter tot de halve marathon, voor de leeftijdscategoriën vrouwen 40 t/m vrouwen 55 jaar.
Haar snelste 10 km liep zij in 2004 bij de Middenmeerloop in een tijd van 39:30 minuten, toen was zij 46 jaar, dat doen weinig vrouwen (en mannen) haar na.
Wanneer ben je begonnen met hardlopen?
“Bij de GGD waar ik werkte, deed men mee aan de ‘Grachtenloop’. Ik was 35 jaar en ontdekte dat ik goed was. Iets waar je goed in bent, dat is natuurlijk hartstikke leuk en daarmee wil je doorgaan. Ik ben bij atletiekvereniging ATOS terecht gekomen omdat daar een hele goede trainer was: Louis Vink. Ik heb tien jaar bij hem getraind en toen hij stopte ben ik verder gegaan bij AV’23 en trainde ik bij de ‘Bramsterdammers’ bij trainer Bram Wassenaar. Het is dus vijftien jaar geleden dat ik lid ben geworden van AV’23.”
Wat vind je van de marathon?
“Ik heb 18 marathons gelopen. Een marathon lopen, dat hoort erbij als je een lange afstand-loper bent. Je telt niet echt mee als je dat niet hebt gedaan. Ik heb het er niet zo mee hoor, die verheerlijking van de marathon. Maar toch, het blijft heel populair om een marathon te lopen en ja, het is ook een mooie afstand. Er gebeurt een heleboel met je wat je niet kunt trainen, dat maakt de marathon toch wel een beetje heroïsch. Nee, nu doe ik het niet meer; ik ben nooit zo tevreden geweest met mijn prestaties op de marathon. Ik deed het niet voor mijn plezier, het is gewoon afzien.”
Wat zijn je sterke kanten?
Deze vraag ben ik vergeten te stellen en daarom geef ik graag zelf het antwoord, omdat ik vaak bij Ingrid train: Ingrid geeft afwisselende, pittige trainingen. Er wordt altijd wel een rondje buiten de baan gedaan, daarna loopscholing en aan het einde van de training een loopprogramma dat iedere keer anders is. Tijdens de training rent Ingrid vaak een 400 meter rondje mee. Dit wordt door de lopers van haar groep zeer gewaardeerd en zelfs voor de snelste lopers in de groep blijft het moeilijk om haar op de baan bij te houden. Na een ‘rondje Ingrid’ waarbij het tempo flink opgevoerd wordt, zijn de lopers behoorlijk uitgeput en dat is ook de bedoeling.
In het Flevopark lopen de dames natuurlijk niet op de baan, maar daar heb je het 460 meter rondje om de vijver, wat altijd benut wordt tijdens de training. Soms is er een circuitje met veel variatie in oefeningen. Ingrid is altijd enthousiast, motiverend en belangstellend naar de mensen in de groepen die zij traint. Haar eigen kracht is dat zij wil winnen en een enorm doorzettingsvermogen heeft. Ik hoop nog lang bij haar te kunnen trainen.
Bijzondere atletiekervaring?
“Ik ben drie keer op trainingskamp in Monte Gordo (Portugal) geweest, samen met Fa Adda, onze echtgenoten en nog een paar andere mensen. Wij trainden daar om ons voor te bereiden op bijvoorbeeld een halve marathon. Een mooie ervaring om tussen de Russische topsporters op de baan te staan.”
Leukste wedstrijd om aan deel te nemen?
“ Het Nederlands Kampioenschap Cross. Ik heb daar één keer goud gewonnen bij de vrouwen van 45 jaar. De cross is uniek, het wedstrijdelement met je tegenstanders, het gaat niet op tijd, maar op plaats.”
Je bent erg ziek geweest. Heeft dit je sportactiviteiten veranderd?
“Ik heb juist heel veel aan het hardlopen gehad toen ik ziek was. Het verzette je sombere gedachten. Tussen de chemo behandelingen door kon ik ook prima blijven trainen. Ik kan het iedereen aanraden om vooral te blijven sporten bij ziekte, voor zover dit mogelijk is.
Ik ben niet meer helemaal op mijn oude niveau terug gekomen toen ik weer beter was. Je levert toch longinhoud in door de chemokuren. Ik heb twee minuten ingeleverd op de 10 km, ondanks hard trainen. Na mijn ziekte is de drive wel een beetje weg, je gaat toch relativeren.”
Favoriete eten en sportvoeding?
“Ik lust alles. Alle voedingshypes voor hardlopers heb ik uitgeprobeerd en ik ben er niet beter van geworden. Bijvoorbeeld de hypes van het koolhydraten eten, hersteldranken, pillen, anti-oxidanten en veel eierkoeken, het kostte mij honderden euro’s. De focus ligt nu veel meer op eiwitten, dat was in mijn tijd niet zo.“
Andere hobby’s behalve atletiek?
“Ja, reizen. Ik wil minstens vijf keer per jaar weg. Het is heerlijk om je spulletjes in je rugzak te doen, niet op één plaats te zijn en allerlei mensen te ontmoeten.”
Een strandvakantie en liggen zonnebaden aan zee is niets voor Ingrid, ze houdt van actieve vakanties waarbij er hardgelopen of gewandeld wordt.
Hoe verplaats jij je in Amsterdam?
“Op de fiets. Nee, ik ga niet met de tram, ik snap niet hoe dat werkt.” (En lacht)
Waar denk je aan bij de maand maart?
“Aan het voorjaar, aan korte broeken. Binnenkort gaat de klok een uur vooruit en kan ik weer in het licht training geven, wel zo prettig.”
Heb je een verbeterpunt/tip voor AV23?
“Gezien mijn leeftijd ga ik straks stoppen met training geven, want hardlopen is een dynamische sport en er is een opvolger nodig. Ik kan mij voorstellen dat AV’23 weer nieuwe looptrainers gaat zoeken en opleiden. Dit is belangrijk voor de continuïteit.”
Ik geef het stokje door aan….
“Een jeugdtrainer, die leuke jonge vrouw: Tessa Strijp. Ik zie haar bezig met de jongens en meisjes op de baan en ik zou meer van haar willen weten. Ze is zelf ook een talentvolle loopster.”
In april zal eerst Jan Mens geïnterviewd worden en dan komt Tessa in mei aan de beurt.