Willibrorduswandelpad, deel 6 – Slot
Gisteren pakte ik het boekje over het Willibrorduswandelpad uit mijn boekenkast. Dit pad hebben wij nog niet in z’n geheel afgemaakt. Er moet nog een dagetappe gewandeld worden voordat wij dit pad aan ons palmares kunnen toevoegen. Vorige keer waren we in de bosrijke omgeving van Baarn en Soest gestuit op een slechte beschrijving van de route en de bewegwijzering liet ook te wensen over. We gingen dwalen en konden het officiële pad met moeite terugvinden. Dit is natuurlijk te wijten aan het feit dat er weinig of slecht onderhoud aan de route wordt besteed. Dit laatste herkennen we bij meerdere wandelwegen. Een route neerzetten is een, maar aan het onderhoud wordt weinig gedaan. Ik weet het, het is ook minder interessant en het nieuwtje van het pad is er dan al lang vanaf. Jammer, het betekent wel dat een wandelaar gaat dwalen en er soms zelfs niet meer uitkomt.
O ja, een gebruikt treinkaartje had ik als boekenlegger in het gidsje gelegd bij de bladzijde waar wij vorige keer gestopt zijn. De datum van het treinkaartje gaf 2 februari 2012 aan. Een poosje terug dus.
Vandaag ga ik met Martijn Biesmans op pad om de rest van de wandeling te voltooien. Een wandeling van Soest naar Utrecht, het eindpunt van het wandelpad. Omdat er de laatste dagen flink wat hemelwater op aarde is gevallen zijn de bospaden drijfnat, maar dat nemen we voor lief. Een stoppertje van de NS brengt ons naar het station Soest-Zuid. De ruiten van de trein zijn heel erg smerig. Men kan er nauwelijks door naar buiten kijken. We vragen aan de conducteur of de mist hier plotseling is komen opzetten, want in de vorige trein was alles nog helder. De man was ook niet op z’n achterhoofd gevallen en had ons door. Op het station verlaten we de trein en beginnen direct met onze wandeling.
Na amper drie kilometer hebben we al weer problemen. De blauwgele markeringen zijn op veel plekken verdwenen en de omschrijving in het gidsje is niet nauwkeurig. Op m’n oud militairgevoel komen we na verloop van tijd weer terug op de route. En hier en daar zien we weer enkele stickers aan palen en borden hangen. Even later gaat het weer mis en dan besluiten we via ons bekende paden en wegen de route in de juiste richting te volgen. De kleine topografische kaarten in het gidsje zijn daarbij een welkome ondersteuning. Bij de Biltseweg bevinden we ons weer op het juiste pad. Dan zien we langs de kant van de weg een aantal Mussertpalen staan. Een Mussertpaal is een betonnen grenspaal die langs sommige doorgaande wegen in de provincie Utrecht zijn geplaatst op initiatief van Anton Mussert. De man werkte van 1920-1934 als ingenieur bij de Provinciale Waterstaat van Utrecht en werd speciaal belast met het provinciaal wegenplan, een nieuw landelijke ontwikkeling. De palen markeren de grens tussen provinciaal grond en het particulier eigendom. Op de voorzijde van de paal staat het provinciewapen van Utrecht en aan de achterzijde de letters PG (Provinciale Grond). De naam Mussert zal bij velen een nare smaak hebben en dat geldt bij mij hetzelfde.
Dan keren we de doorgaande weg de rug toe en wandelen over rustige bospaden. De paden zijn inderdaad modderig. Regelmatig moeten we een ‘bypass’ maken om geen natte voeten op te lopen. Ten zuiden van Kasteel Drakensteyn en het pannenkoekendorp Lage Vuursche wandelen we in de richting van Bilthoven. In een buitenwijk van de plaats Bilthoven worden we staande gehouden door een oudere dame. Die dame krijgt de schuifdeur van haar auto niet meer dicht en vraagt mij om hulp. Hulp vragen aan iemand met twee linker handen is niet verstandig. Maar ja, dat weet die mevrouw natuurlijk niet. Om de vrouw van dienst te zijn probeer ik een handje te helpen. En ………… . Ja, ik krijg zonder bruut geweld beweging in de deur en schuif die even later rustig dicht. De dame is heel erg blij en ik sta versteld van mijn optreden. Lachend en nog steeds verbaasd hoe de klus ten enenmale is geklaard gaan we verder.
Als het bos plaats heeft gemaakt voor landerijen is in de verte de contouren van de stad Utrecht zichtbaar. De paden zijn hier besmeurd met drek van paarden. Een slalom is noodzakelijk en we komen in de omgeving van de buurtschap Groenekan. Vervolgens steken we de spoorlijn Hilversum – Utrecht over en staan dan bij Fort Blauwkapel. Het fort is omringd door een gracht en maakt een imponerende indruk op de bezoeker. In de aangrenzende landerijen treffen we twee grenspalen. Twee palen van het Ministerie van Oorlog en behorend tot de Hollandsche Waterlinie. Eentje met sierlijke Arabische cijfers. Na het kruisen van twee autowegen lopen we eerst door een park en later door rustige straten de stad Utrecht binnen. De middag is al flink gevorderd, en we zijn nog steeds geen restaurant of lunchroom op ons pad tegengekomen. Bij het Griftpark, een terrein van de vroegere gasfabriek, vinden we wel zo’n locatie. Een late lunch is beter dan geen lunch is ons motto en we laten onze onderdanen daarbij even rusten. Drie kwartier later zijn we weer op stap voor de laatste kilometers. Een leuke route door de stad Utrecht brengt ons bij het Centraal Station, het eindpunt van het Willibrorduswandelpad.
Mocht u de intentie hebben om het pad te gaan bewandelen, neem dan in ieder geval een aantal overzichtelijke topografische kaarten mee, want foutief lopen en dwalen staat garant bij het Willibrorduswandelpad. Het laatste kan de pret behoorlijk beïnvloeden.